Vaccinatie

Om besmettelijke dierziektes tegen te gaan, is het belangrijk om uw geliefde viervoeter te laten vaccineren. Door uw hond, kat of konijn te vaccineren wordt hun lichaam in staat gesteld om zelf antilichamen en afweercellen aan te maken. Komen ze daarna in aanraking met de ziekteverwekker dan is het afweersysteem klaar om meteen te reageren. In bepaalde gevallen wordt de ziekteverwekker direct uitgeschakeld. Soms lukt dit niet meteen of niet volledig, maar doordat er al antilichamen en afweercellen aanwezig zijn, wordt ook in dat geval het bestrijden van de ziekte gemakkelijker en heeft het dier een grotere overlevingskans.

In ons land komen een aantal besmettelijke en levensbedreigende ziektes voor. Sommige daarvan zijn zeldzaam, andere treden nog regelmatig op. Om deze ziektes tegen te gaan is het belangrijk dat een groot deel van de populatie gevaccineerd wordt. De reden hiervoor is dat een besmet dier geen andere dieren kan besmetten omdat deze dieren beschermd zijn door vaccinatie. Zo wordt het voorkomen van een ziekte in een bepaald gebied aanzienlijk verminderd. Als het percentage dieren dat wordt gevaccineerd afneemt, krijgt een dergelijke ziekte de kans om weer de kop op te steken. Door uw hond, kat of konijn te laten vaccineren beschermt u niet enkel uw eigen huisdier, u helpt ook mee aan het onderdrukken van uitbraken van besmettelijke, levensbedreigende ziektes.

Niesziekte

Niesziekte wordt veroorzaakt door het feline herpesvirus (FHV), het feline calicivirus (FCV) en een complex van bacteriën.

Het feline herpesvirus is vaak de grootste boosdoener en zorgt voor oogontstekingen, niezen, snotteren etc. Het tweede virus, het feline calicivirus, geeft minder erge klachten maar kan in combinatie met het herpesvirus of bacteriën zorgen voor erge klachten. De symptomen kunnen variëren van snotteren, niezen, etterige ogen met zelfs ernstige beschadiging aan het oog, hoesten, ulceraties op de tong, weinig eetlust, uitdroging, etc.

Niesziekte kan op alle leeftijden ontstaan maar vaak zien we de meest erge letsels bij kittens en jonge niet-gevaccineerde katten. Wanneer er niet tijdig behandeld wordt kan de acute vorm van niesziekte ook chronisch worden en kan de kat er blijvend gevoelige luchtwegen aan overhouden.

Kattenziekte

Kattenziekte wordt veroorzaakt door het feline panleukopenie virus (FPV). Dit is een virus dat afstamt van het parvovirus. Dit is echter een ander parvovirus dan het virus dat bij de hond terug te vinden is.

Het is een zeer ernstige en besmettelijke aandoening waarbij de kat na besmetting binnen de 24 tot 48 uur ziek wordt. De eerste symptomen zijn braken, diarree en hoge koorts. Het is een virus dat zorgt voor darmbeschadiging waardoor het lichaam van de kat te weinig vocht en voedingstoffen kan opnemen en snel uitgeput raakt. Zelfs met intensieve zorgen is de kans op overlijden zeer hoog. Het beste wat u kan doen om uw kat hiertegen te beschermen is door het geven van een vaccin.

Kattenleucose

Kattenleucose of kattenleukemie wordt bij de kat veroorzaakt door het feline leukemievirus (FeLV).

Het virus zorgt voor zeer verschillende symptomen. Het geeft meestal koorts, tumoren van het lymfeklierstelsel, uveïtis (oogontstekingen), bloedarmoede en een vermindering van het immuunsysteem waardoor ze vatbaarder zijn voor infecties.

Katten kunnen elkaar besmetten door elkaar te likken, te bijten of door contact. Een drachtige kat kan het virus via de baarmoeder ook doorgeven aan de kittens.

Door het uitvoeren van een bloedonderzoek kan een besmetting hiervan vastgesteld worden.

Vaccineren van uw puppy

Verschillende besmettelijke ziektes bij honden kunnen van moeder op pup doorgegeven worden. Na de geboorte hebben pups een onvoldoende ontwikkeld immuunsysteem. Bovendien zijn ze nog nooit in contact geweest met pathogenen (= ziekteverwekkers). Jonge dieren zijn dus erg gevoelig voor infecties en ziektes die door onder andere virussen worden veroorzaakt. Om pups hiertegen te beschermen is het zeer belangrijk om de moeder goed te vaccineren. Hoe meer antistoffen de moeder in haar bloed heeft, hoe meer antistoffen in haar melk aanwezig zullen zijn en hoe sterker en langduriger de pups via de moeder beschermd worden tegen allerhande ziekteverwekkers.

De meeste pups krijgen hun eerste vaccinatie als ze 6 weken oud zijn. Als de moeder niet gevaccineerd is, wil dit zeggen dat de pups tot dan niet beschermd zijn. Bovendien is het ook zo dat hoe jonger een dier een infectie opdoet, hoe ernstiger de ziekte zal verlopen.

Hondenziekte

Hondenziekte, canine distemper virus of de ziekte van Carré zijn synoniemen voor een virale aandoening die berucht is voor haar besmettelijke en dodelijke karakter. Hondenziekte wordt veroorzaakt door een virus dat verwant is aan het mazelenvirus bij de mens. Het treft vooral honden, maar ook andere diersoorten zoals vossen en fretten kunnen ernstig geïnfecteerd raken.

Het virus wordt gemakkelijk verspreid door direct contact met geïnfecteerde honden (onder andere via afscheiding uit de neus en ogen). Geïnfecteerde honden die de besmetting overleven kunnen het virus gedurende maanden blijven uitscheiden. Het virus kan zich ook verspreiden via kleding en zo andere onbeschermde honden besmetten. Besmetting vindt in een groep honden (zoals in kennels en bij hondenshows) zeer snel plaats.

Het virus dringt via het mond- of neusslijmvlies het lichaam binnen. Vervolgens verspreidt het virus zich doorheen heel het lichaam. Het ademhalingsstelsel, het gastro-intestinaal stelsel, het zenuwstelsel, de neus, de voetzolen en de conjunctiva kunnen aangetast worden. De aangerichte schade van de ziekte is in grote mate afhankelijk van de immuunrespons dat opgebouwd wordt door het dier en kan variëren van klinische symptomen tot sterfte.

De ziekte wordt het meest gezien bij niet-gevaccineerde puppy's van 3 à 6 maanden oud. Klassieke symptomen zijn braken, diarree en/of conjunctivitis (ontsteking van het oogbindvlies) en hoesten. Vaak treden er ook zenuwsymptomen op. Het onwillekeurig samentrekken van de spieren (= myoclonus) is zeer typerend.

Besmettelijke leverziekte

Besmettelijke leverziekte, infectieuze hepatitis of hepatitis contagiosa canis veroorzaakt leverontsteking met koorts, bloedingen, braken en ontsteking van de ogen. Leverziekte kan soms voor een plotselinge dood zorgen bij jonge honden.

Infectieuze hepatitis wordt veroorzaakt door het canine adenovirus type 1 (CAV-1). De besmetting vindt rechtstreeks plaats door contact met besmette dieren, maar ook indirect door aan besmette voorwerpen te likken. Het virus wordt door alle lichaamsvloeistoffen (oogvocht, neusvocht, speeksel, urine, stoelgang en vaginale afscheiding) verspreid. Een besmet dier kan tot 6 maanden na de infectie via de urine viruspartikelen uitscheiden.

De ziekte kan op elke leeftijd voorkomen. Er bestaat een grote verscheidenheid in klinische symptomen. Zelfs bij pups uit hetzelfde nest kan men verschillende ziektevormen onderscheiden. De peracute vorm treedt vooral op bij zeer jonge hondjes. Gelukkig komt deze vorm zelden voor. Deze wordt gekenmerkt door een vergrote lever, hoge koorts, erge dorst, braken, ... Deze vorm is vooral een uiting van leveraantasting en leidt vaak tot de dood na enkele uren. De acute vorm duurt 3-5 dagen. De eerste symptomen bestaan uit een lichte keelontsteking en ademhalingsstoornissen. Vervolgens verschijnen veralgemeende ziektetekens zoals koorts, anorexie, erge dorst, braken en diarree met bloed. Soms ontstaan er ook bloedingen in de huid of oedemen (vochtophoping). De subacute vorm duurt 6-14 dagen en de symptomen zijn hetzelfde als bij de acute vorm maar milder. Daarnaast komt geelzucht (icterus) regelmatig voor bij alle vormen van leverziekte.

Parvovirus

Parvovirus is een zeer besmettelijke virale ziekte die voor niet- of onvoldoende gevaccineerde pups en jonge honden dodelijk kan zijn. Het virus wordt via de ontlasting uitgescheiden en kan zeer lang in de omgeving overleven, zelfs tot 1 jaar na uitscheiding!

Parvo wordt veroorzaakt door het canine parvovirus type 2 (CPV-2) en vermeerdert zich in het beenmerg en maag/darmen. Het wordt dan ook uitgescheiden door alle lichaamsvloeistoffen. Uw hond kan besmet raken door te snuffelen aan een plaats waar braaksel of stoelgang gelegen heeft, door te drinken uit een besmette drinkbak of door direct contact met een besmet dier. Eenmaal een hond besmet is, kan u volgende symptomen opmerken: braken, dunne bloederige diarree, erge sufheid, uitdroging, shock, anorexia.

Leptospirose of rattenziekte

Leptospirose, de rattenziekte of de ziekte van Weil is een besmettelijke bacteriële ziekte die veroorzaakt wordt door de bacterie Leptospira. De ziekte wordt verspreid door middel van de urine van knaagdieren (muizen, ratten) en besmette honden in de omgeving. Bij een temperatuur van 18°C kunnen de bacteriën tot zelfs 6 weken overleven. Wanneer uw hond in contact komt met deze urine kan hij/zij besmet worden. De ziekte is niet enkel besmettelijk voor honden maar kan ook op de mens overgedragen worden.

De bacterie verspreidt zich via het bloed naar verschillende organen en pas na een week treden de eerst klachten op. Symptomen die gezien worden zijn: braken, koorts, veel drinken en veel plassen, leverfalen, nierfalen, geelzucht, uitdroging, lusteloosheid.

Deze ziekte komt in België nog regelmatig voor, daarom is het belangrijk om uw hond jaarlijks te vaccineren.

Kennelhoest

Kennelhoest wordt ook besmettelijke hondenhoest genoemd en is een infectieuze ontsteking van de voorste luchtwegen. Het kan veroorzaakt worden door het canine paraïnfluenzavirus (CPiV), het canine adenovirus type 2 (CAV-2) en de Bordetella bacterie. De ziekte is erg besmettelijk en wordt vooral gezien bij honden die veel in contact komen met andere honden zoals in kennels, hondenscholen, hondenshows en hondenpensions. Uw hond kan last krijgen van een droge hoest, koorts, niezen, neusuitvloeiïng, tranende ogen, ...

Een hond met kennelhoest is gedurende één week besmettelijk voor andere honden en de eerste symptomen kunnen optreden vanaf 2 dagen tot 14 dagen na contact met een besmette hond (dit is de incubatietijd).

Rabiës

België is officieel vrij verklaard van rabiës of hondsdolheid. Indien u met uw huisdier naar het buitenland wil reizen is het wettelijk verplicht te vaccineren tegen rabiës. De inenting moet minimaal 3 weken voor vertrek gegeven worden.

Bij konijnen komen er twee belangrijke aandoeningen voor waartegen jaarlijks gevaccineerd kan worden namelijk myxomatose en RHD type 1 en 2. Deze ziektes kunnen erge klachten veroorzaken en zelfs dodelijk zijn. Het is belangrijk uw konijn hiertegen te beschermen door middel van een vaccinatie.

Myxomatose

Myxomatose is een ziekte die veroorzaakt wordt door een virus verwant aan het pokkenvirus. Het virus wordt overgebracht door steekinsecten zoals muggen, steekvliegen maar ook vlooien. Daarnaast bestaat er een vorm die wordt overgebracht door direct contact tussen konijnen.

Wanneer een konijn besmet is met myxomatose begint het gezicht en de regio rond de anus op te zwellen. De ogen kunnen volledig dicht zitten en er kunnen bulten ontstaan op de oren, rond de mond en op de rug. Het konijn krijgt mogelijks ademhalingsproblemen en kan uiteindelijk overlijden aan deze aandoening.

De ziekte myxomatose is niet te behandelen, wel kan het konijn ondersteund worden met pijnstilling, dwangvoeding en voldoende vocht.

Rabbit haemorrhagic disease (RHD)

Rabbit haemorrhagic disease of viraal hemorragisch syndroom wordt veroorzaakt door het RHD-virus, een calicivirus. Er bestaan twee varianten van dit virus namelijk type 1 of type 2.

Een konijn wordt besmet door contact met urine, ontlasting en speeksel van een besmet konijn. Het virus kan tot maanden overleven in de omgeving waardoor de kans op besmetting groot is. Een besmetting kan op 2 manieren gebeuren. Een eerste manier is via direct contact, dit wil zeggen door rechtstreeks contact met een besmet konijn. Een tweede manier van besmetting is via indirect contact. Hierbij kan uw konijn besmet worden door contact met omgeving, planten, andere dieren, kleding, schoenen, ...

Het virus veroorzaakt inwendige bloedingen met plotse sterfte tot gevolg. Bij het RHD type 1 is de tijd van besmetting tot zichtbaar worden van symptomen (de incubatietijd) 1 tot 2 dagen. Bij RHD type 2 is dit 3 tot 5 dagen. Meestal ziet u niet dat het konijn besmet is en ligt het plots dood.